Zoeken Zoeken
Menu
Separatie

KC22-012 12 mei 2022

Uitspraak onafhankelijke klachtencommissie Wvggz Gelderland Midden en Zuid

 

Inzake : [klager]
Klachtnummer : KC22-012
Instelling : Pro Persona
Datum ontvangst klacht : 17 februari 2022
Schorsingsverzoek : n.v.t.
Hoorzitting : 28 februari 2022
Datum uitspraak : 16 maart 2022

 

 

Aanwezig bij de hoorzitting

[klager] (klager)

[patiëntenvertrouwenspersoon] (PVP)

[patiëntenvertrouwenspersoon] (PVP in opleiding)

 

[verweerder] (verweerder)

 

[voorzitter] (voorzitter klachtencommissie)

[lid 1] (psychiater)  `

[lid 2] (lid)

 

[ambtelijk secretaris] (ambtelijk secretaris Wvggz klachtencommissie)

 

 

Juridische status

Zorgmachtiging

 

Klacht

Insluiting

 

Procesverloop

De commissie heeft op 17 februari 2022 een klacht ontvangen over insluiting in het kader van verplichte zorg. Op 18 februari zijn partijen geïnformeerd over de behandeling van de klacht en uitgenodigd voor de hoorzitting. Het verweer is op 23 februari 2022 doorgestuurd naar partijen.   

De digitale hoorzitting heeft plaatsgevonden op 28 februari 2022. Bij die gelegenheid hebben partijen hun standpunt kunnen toelichten. Aan het einde van de hoorzitting heeft de voorzitter medegedeeld dat de volledige uitspraak uiterlijk op 16 maart 2022 schriftelijk naar partijen gezonden zal worden.      

 

De klachtencommissie heeft inzage gehad in de volgende stukken:

–           Ingediende klacht en klaagschrift;

–           Verweerschrift;

–           Medische verklaring d.d. 3-11-2021;

–           Zorgmachtiging d.d. 6-12-2021;

–           Pr 22: Beslissing verlenen VZ d.d. 6-12-2021;

–           Infobrief 8.9 verplichte zorg en gecorrigeerde 8.9 brief;

–           Bevindingen GD d.d. 9-11-2021;

–           Zorgplan d.d. 27-10-2021;

–           Evaluatie behandelplan d.d. 26-10-2021;

–           Decursus en rapportage periode 7-2-2022 t/m 18-2-2022.

 

 

Termijn

Het klaagschrift bevat een klacht tegen verplichte zorg als omschreven in artikel 10:3 Wvggz. Deze klacht heeft betrekking op een beslissing waarvan het gevolg niet meer actueel is. Om die reden ziet de klachtencommissie zich gehouden binnen vier weken na ontvangst van het klachtenformulier een schriftelijke en gemotiveerde beslissing te nemen. Deze termijn loopt af op 16 maart 2022.

 

 

Feiten

Klager is een [leeftijd] man bekend met een psychische stoornis in de vorm van een schizofreniespectrumstoornis, middelengebruik  (cannabis, amfetamine en XTC) en een stoornis in de impulsbeheersing.

Op 6 december 2021 is een zorgmachtiging afgegeven voor de duur van 1 jaar.  

 

 

Standpunten van partijen

Ter zitting licht klager toe dat de aanleiding voor de separatie was dat hij zijn medicatie niet wilde innemen. Hij heeft de medicatie uitgespuugd. Ook heeft hij ranja omgegooid volgens klager. Dat was niet zijn bedoeling geweest. Hij heeft het niet dreigend naar iemand gegooid verklaart hij tijdens de zitting. Toen hij terugliep naar zijn kamer ontstond hierover een agressie incident met een medebewoner. Die greep klager bij zijn keel waardoor er gevaar ontstond voor klager en niet andersom aldus klager. Klager begreep echter dat het voornemen was om hem te separeren. Om die reden heeft hij zijn deur gebarricadeerd. Er zat een stukje kam in het slot waardoor de deur nog wel van binnenuit opengedaan kon worden maar niet van buitenaf. Hoe dat obstakel in het slot is gekomen kan klager niet verklaren. Klager benoemt dat er geen gesprek met hem heeft plaatsgevonden naar aanleiding van het niet innemen van de medicatie. Als hem gevraagd was om een half uurtje naar zijn kamer te gaan om tot rust te komen had deze escalatie voorkomen kunnen worden aldus klager. Nu heeft er ook onnodig geweld plaatsgevonden voegt hij toe. Zijn kamerdeur is ingetrapt en klager is hardhandig op de grond gewerkt.

De PVP vraagt verweerder waarom er slechts een korte periode decursus en rapportage is meegestuurd met het verweer. Ten aanzien van de 8.9 brief valt hem op dat er geen duur van de verplichte zorg is aangegeven. Dit hoort wel onderdeel te zijn van de aanzeggingsbrief. PVP vraagt zich af of dit betekent dat deze brief opnieuw uitgereikt zou moeten worden bij een nieuw incident. Ook vraagt hij of er echt geen alternatieven waren om klager te kalmeren in plaats van te separeren.  

 

Verweerder vertelt ook te verweren namens de, bij het incident betrokken, psychiater. Verweerder was dienstdoende arts. Hij kende klager tot dat moment niet. Verweerder heeft klager pas in de separeer ontmoet. De crisissituatie zoals aan hem overgedragen staat ook beschreven in de rapportage. Klager draaide harde muziek, was verbaal agressief naar de verpleging, schreeuwde en als gevolg van intimiderend gedrag was er een geweldincident ontstaan met een groepsgenoot. Al met al voelde de verpleging zich niet veilig. Medewerkers hebben nog een half uur geprobeerd om in contact te komen met klager en hem te overtuigen zijn kamer te openen. Dit lukt niet. Toen is de deur ingetrapt en is klager naar de separeer gebracht. Verweerder geeft aan dat er op dat moment geen alternatief was. Het was een onveilige situatie en tevens groepsontwrichtend. Er waren geen andere kamers aanwezig op [afdeling]. De separeerruimte moest gesloten worden omdat er ook iemand anders in de separeer zat. Aanvankelijk leek het erop dat klager een doodsbedreiging geuit had naar de moeder van een medewerker. Later bleek dit niet het geval te zijn en heeft verweerder het 8.9 formulier hierop aangepast en deze informatie uit de decursus gehaald.

 

Op een vraag van de commissie verklaart klager dat hij de deur van zijn kamer niet heeft geopend omdat hij wist dat ze probeerden hem naar buiten te lokken om naar de isoleer te brengen. Als de medewerkers met hem in gesprek wilden had hij de deur wel geopend aldus klager.

Verweerder geeft aan dat behandelaren natuurlijk ook liever niet separeren. Hij heeft klager nooit eerder voorbij zien of horen komen in dit kader en spreekt zijn hoop en verwachting uit dat het een eenmalige situatie was.

 

De voorzitter bevraagt verweerder over het 8.9 formulier. Deze geeft aan dat hij weet dat dit het nieuwe, aangepaste 8.9 formulier is dat gebruikt wordt in [locatie]. Hij kent het niet vanuit [locatie] en zag ook niet waar hij de duur van de verplichte zorg kon invullen. Verweerder gaat er daarom van uit dat er bij een eventueel nieuw incidente opnieuw een 8.9 formulier zal worden uitgereikt.

De PVP benadrukt dat de duur van de verplichte zorg een essentieel onderdeel is van de aanzegging. Verweerder zegt toe de GD van [locatie] hierover een mail te sturen.

Op de vraag van de PVP over de beperkte rapportage en decursus die is meegestuurd licht hij toe dat dit ingegeven is door het verzoek van de klachtencommissie slechts informatie mee te sturen die betrekking heeft op deze klacht.

 

           

BEVINDINGEN VAN DE COMMISSIE

 

Ontvankelijkheid klacht en bevoegdheid commissie

Op grond van artikel 10.3 van de Wvggz kan een klacht worden ingediend bij de klachtencommissie over de nakoming van een verplichting of een beslissing op grond van de in dat artikel opgenomen bepalingen. Aangezien de klacht is gericht tegen de uitvoering van de verplichte zorg zoals bedoeld in artikel 8.9 Wvggz is de klacht ontvankelijk.

 

Gronden en overwegingen

Gelet op de ingebrachte stukken, de inhoud van de dossierstukken en het verhandelde ter zitting komt de klachtcommissie tot de volgende overwegingen.

Artikel 8:9 Wvggz bepaalt dat de zorgverantwoordelijke ter uitvoering van de (voortgezette) crisismaatregel en ter uitvoering van de zorgmachtiging een beslissing tot het verlenen van verplichte zorg niet neemt, dan nadat hij:

  1. zich op de hoogte heeft gesteld van de actuele gezondheidstoestand van betrokkene,
  2. met betrokkene over de voorgenomen beslissing overleg heeft gevoerd, en
  3. voor zover hij geen psychiater is, hierover overeenstemming heeft bereikt met de geneesheer-directeur.

 

Allereerst en meer in het algemeen overweegt de commissie dat verplichte zorg bij psychiatrische patiënten een ernstige inbreuk is op hun persoonlijke levenssfeer en/of lichamelijke integriteit. Deze inbreuk dient dan ook met de nodige waarborgen omkleed te zijn. Daarom worden er zowel op juridisch als op medisch gebied eisen gesteld aan het mogen toepassen van verplichte zorg. Op juridisch gebied moet verplichte zorg voldoen aan de gronden van de Wvggz en aan vormvoorschriften als vastlegging van het zorgplan en het uitreiken van een voldoende gemotiveerde schriftelijke kennisgeving van de verplichte zorg.

Klager is een [leeftijd] man bekend met schizofreniestoornis, middelengebruik en stoornis in impulsbeheersing. Klager geeft aan dat hij onrechtmatig gesepareerd is; hij was niet bedreigend en er is met een knie op zijn schouder gedrukt.

 

Verweerder geeft aan dat de verplichte zorg van insluiting en separatie bij klager is verleend in verband met een noodsituatie. Nadat klager zijn medicatie uitspuugde is de situatie zodanig geëscaleerd dat insluiting en separatie noodzakelijk bleken. Klager had zich gebarricadeerd op zijn kamer, de sleutel in het slot afgebroken waarna de beveiliging ingezet werd. Na separatie was het dermate onveilig om de deur van de EBK te openen dat besloten is pas de volgende dag de schriftelijke aanzegging uit te reiken aan klager. Langdurig is gepoogd om de situatie te de-escaleren. De situatie bleef onveilig voor medewerkers en groepsgenoten.

 

Het ernstig nadeel bestaat uit agressie naar anderen toe door intimiderend gedrag, oproepen van agressie van anderen door hinderlijk gedrag en verbale agressie.

 

De commissie kan de inhoudelijke overwegingen omtrent de toegepaste verplichte zorg van verweerder als passend kwalificeren. Uit het dossier blijkt dat klager lijdt aan schizofrenie, agressief kan zijn naar zijn omgeving en dat er op 7 februari jl. een noodsituatie ontstond door klagers gedrag. 

Nadat klager zijn medicatie had uitgespuugd, waarop hij werd aangesproken, heeft hij in krachttermen laten weten het daar niet mee eens te zijn. Er ontstond een dreigende situatie.

Verweerder heeft gepoogd de situatie te de-escaleren, veiligheid te creëren voor medewerkers en groepsgenoten. De schriftelijke aanzegging verplichte zorg is niet uitgereikt op de avond van 7 februari, omdat de situatie onveilig was. De schriftelijke aanzegging is later alsnog uitgereikt aan klager. Er is voldaan aan alle formele vereisten.

 

Op basis van bovengenoemde gronden acht de klachtencommissie de klacht omtrent de separatie ongegrond.

 

Schadevergoedingseis zal niet toegekend worden nu de klacht ongegrond verklaard is.

 

Aanbeveling: In de uitgereikte schriftelijke aanzegging verplichte zorg is niet aangegeven hoe lang deze verplichte zorg zal duren. De commissie is van mening dat dit een omissie is in de schriftelijke aanzegging. Het is voor klager belangrijk te weten hoe lang de verplichte zorg gaat duren.

 

 

Uitspraak

 

De klachtencommissie verklaart de klachten met betrekking tot de insluiting en separatie ongegrond.

 

 

Beroep

Klager, vertegenwoordiger of de zorgaanbieder kan door middel van een schriftelijk en gemotiveerd verzoekschrift bij de Rechtbank Gelderland beroep instellen tegen onderhavige uitspraak van de klachtencommissie. De termijn voor het indienen van een verzoekschrift bedraagt zes weken na de dag waarop de beslissing van de klachtencommissie aan de betrokkene is meegedeeld.

 

 

Aldus besloten te [locatie], 14 maart 2022

namens de Wvggz klachtencommissie,

i/o

 

[voorzitter]

Voorzitter Wvggz Klachtencommissie

Aantal bladzijden: 5