KC22-015 12 mei 2022
Uitspraak onafhankelijke klachtencommissie Wvggz Gelderland Midden en Zuid
Inzake | : [klager] |
Klachtnummer | : KC22-015 |
Instelling | : Pro Persona |
Datum ontvangst klacht | : 8 maart 2022 |
Schorsingsverzoek | : n.v.t. |
Hoorzitting | : 17 maart 2022 |
Datum uitspraak | : 21 maart 2022 |
Aanwezig bij de hoorzitting
[klager] (klager)
[patiëntenvertrouwenspersoon] (PVP)
[verweerder] (verweerder)
[voorzitter] (voorzitter klachtencommissie)
[lid 1] (psychiater) `
[lid 2] (lid)
[ambtelijk secretaris] (ambtelijk secretaris Wvggz klachtencommissie)
Juridische status
Zorgmachtiging
Klacht
Medicatie
Procesverloop
De commissie heeft op 8 maart 2022 een klacht ontvangen over medicatie in het kader van verplichte zorg. Op 9 maart zijn partijen geïnformeerd over de behandeling van de klacht en uitgenodigd voor de hoorzitting. Het verweer is op 14 maart 2022 doorgestuurd naar partijen.
De digitale hoorzitting heeft plaatsgevonden op 17 maart 2022. Bij die gelegenheid hebben partijen hun standpunt kunnen toelichten. Aan het einde van de hoorzitting heeft de voorzitter medegedeeld dat de volledige uitspraak uiterlijk op 22 maart 2022 schriftelijk naar partijen gezonden zal worden.
De klachtencommissie heeft inzage gehad in de volgende stukken:
– Ingediende klacht en toelichting klacht door PVP;
– Verweerschrift;
– Zorgkaart d.d. 21-1-2022;
– Medische verklaring d.d. 26-1-2022;
– Bevindingen GD d.d. 28-1-2022;
– Zorgmachtiging d.d. 21-2-2022 en 3-3-2022 ;
– Pr 22: Beslissing verlenen VZ d.d. 22-2-2022, 23-2-2022 en 28-2-2022;
– Infobrief 8.9 verplichte zorg 23-2-2022;
– Behandelplan d.d. 21-1-2022 en 10-3-2022;
– Decursus en rapportage periode 23-2-2022 t/m 11-3-2022.
Termijn
Het klaagschrift bevat een klacht tegen verplichte zorg als omschreven in artikel 10:3 Wvggz. Deze klacht heeft betrekking op een beslissing waarvan het gevolg actueel is. Om die reden ziet de klachtencommissie zich gehouden binnen twee weken na ontvangst van het klachtenformulier een schriftelijke en gemotiveerde beslissing te nemen. Deze termijn loopt af op 22 maart 2022.
Feiten
Klager is een [leeftijd] man bekend met een paranoïd psychotisch toestandsbeeld met angst en wanen. Vanwege angst voor vergiftiging en ontbrekend ziektebesef en -inzicht laat klager ambulante hulpverlening niet toe en is hij zorgmijdend. Klager weigert antipsychotische medicatie in te nemen omdat hij het niet eens is met de diagnose.
Op 3 maart 2022 is een verlengde zorgmachtiging afgegeven. Deze is geldig tot 22 augustus 2022.
Standpunten van partijen
Klager vertelt ter zitting dat hij geen medicatie wil omdat hij niet psychotisch is en het niet eens is met de diagnose. De medische verklaring klopt niet aldus klager en tijdens de rechtszitting over de zorgmachtiging zijn dingen verdraaid. Er is veel verzonnen en er zijn aannames gedaan die niet kloppen. In stukken staat dat klager zichzelf matig verzorgde. Ter zitting voert klager aan dat hij net uit bed kwam toen dit geconstateerd werd. Hij eet gezond en let op zijn gezondheid aldus klager.
De informatie die de moeder van klager heeft ingebracht is onbetrouwbaar zo verklaart hij. Zo gebruikt hij al 15 jaar geen hard drugs meer.
Uit onderzoek dat klager heeft laten doen is gebleken dat hij autistisch is en lijdt aan de ziekte Gilles de la Tourette. Dit wordt niet onderkend door de huidige behandelaren aldus klager en de medicatie die hiervoor is voorgeschreven krijgt hij niet.
Verweerder licht toe dat klager op 23 februari 2022 is opgenomen. Daarvoor was hij niet goed in beeld. Er waren zorgen over klager vanuit zijn moeder en de buurt. Na opname zag verweerder een angstige man op de afdeling. Er was sprake van paranoïde wanen, met wanen over vergif en complottheorieën. Klager was angstig omdat een pedofielen netwerk achter hem aan zat. Hij vertrouwde medepatiënten op de afdeling niet evenmin als de medewerkers. Zij zouden allen onderdeel van deze maffia kunnen zijn. Klagers woning was zwaar vervuild aangetroffen. Klager had ontlasting van zijn hond bewaard in zakken. De politie trof een zwaar verwaarloosde hond aan die de dierenarts heeft moeten laten inslapen. Verweerder is van mening dat er sprake is van volledig ontbreken van ziekte-inzicht en ziektebesef bij klager. Hij heeft klager meerdere malen gesproken op de afdeling en geconstateerd dat er wel degelijk sprake is van een psychotisch toestandsbeeld.
Behandelaren hebben 20 mg Olanzapine voorgeschreven. Dit heeft klager eerst geweigerd, later heeft hij 10 mg ingenomen. Dit heeft hij afgebouwd naar 5 mg. Daarnaast is zo nodig Lorazepam voorgeschreven. Dit neemt klager in als hij zich onrustig voelt.
Verweerder benadrukt dat het doel van opname is om het psychotisch toestandsbeeld zodanig te verminderen dat terugkeer in de maatschappij mogelijk is. Om dit doel te behalen is het zeer noodzakelijk dat er anti psychotische medicatie wordt ingenomen door klager aldus verweerder.
Op een vraag van de commissie antwoordt klager dat hij is gepiepeld door een paar mensen die zich met pedofilie bezighouden. Behandelaren luisteren daar echter niet naar aldus klager. Klager zou een grote hoeveelheid zakken met hondenpoep bewaren in zijn huis. De hoeveelheid die de gemeente heeft genoemd is onmogelijk zo stelt klager. Ook vertelt hij dat de hond 17 jaar was en niet meer lang te leven had. ‘Ik heb altijd goed voor de hond gezorgd’, aldus klager. Klager beaamt dat hij heeft gezegd dat er mensen achter hem aan zaten. Ze wilden hem dat wereldje van pedofilie intrekken aldus klager door bepaalde stoffen in zijn huis aan te brengen en hem te erotiseren.
Klager beaamt dat hij zich wat beter voelde nadat hij Olanzapine innam. Zijn spieren waren meer ontspannen. Volgens klager sorteert Olanzapine hetzelfde effect als medische cannabis maar werkt dit laatste beter. Dit is ook gebleken uit onderzoek volgens klager maar wordt niet erkend door zijn behandelaren.
In de tweede ronde benoemt klager nog diverse tekstuele zaken waarmee hij het oneens is. Zo zijn er geen symptomen beschreven in het medisch onderzoek en staat onjuistheden in over zakken met ondergoed bijvoorbeeld. ‘Het gaat veel te ver wat er over gezegd wordt’ aldus klager ter zitting. Allerlei spulletjes zoals gedichten en schilderspullen zijn uit zijn kamer verdwenen toen de politie hem ophaalde.
BEVINDINGEN VAN DE COMMISSIE
Ontvankelijkheid klacht en bevoegdheid commissie
Op grond van artikel 10.3 van de Wvggz kan een klacht worden ingediend bij de klachtencommissie over de nakoming van een verplichting of een beslissing op grond van de in dat artikel opgenomen bepalingen. Aangezien de klacht is gericht tegen de uitvoering van de verplichte zorg zoals bedoeld in artikel 8.9 Wvggz is de klacht ontvankelijk.
Gronden en overwegingen
Gelet op de ingebrachte stukken, de inhoud van de dossierstukken en het verhandelde ter zitting komt de klachtcommissie tot de volgende overwegingen.
Artikel 8:9 Wvggz bepaalt dat de zorgverantwoordelijke ter uitvoering van de (voortgezette) crisismaatregel en ter uitvoering van de zorgmachtiging een beslissing tot het verlenen van verplichte zorg niet neemt, dan nadat hij:
- zich op de hoogte heeft gesteld van de actuele gezondheidstoestand van betrokkene,
- met betrokkene over de voorgenomen beslissing overleg heeft gevoerd, en
- voor zover hij geen psychiater is, hierover overeenstemming heeft bereikt met de geneesheer-directeur.
Allereerst en meer in het algemeen overweegt de commissie dat verplichte zorg bij psychiatrische patiënten een ernstige inbreuk is op hun persoonlijke levenssfeer en/of lichamelijke integriteit. Deze inbreuk dient dan ook met de nodige waarborgen omkleed te zijn. Daarom worden er zowel op juridisch als op medisch gebied eisen gesteld aan het mogen toepassen van verplichte zorg. Op juridisch gebied moet verplichte zorg voldoen aan de gronden van de Wvggz en aan vormvoorschriften zoals vastlegging van het zorgplan en het uitreiken van een voldoende gemotiveerde schriftelijke kennisgeving van de verplichte zorg.
Klager is een [leeftijd] man bekend met paranoïde psychosen en cannabis gebruik. Klager is het niet eens met deze diagnose. Klager klaagt over zijn medicatie en over de diagnose c.q. het geen onderzoek doen voorafgaand aan de uitvoering van de zorgmachtiging c.q. zich niet op de hoogte stellen van de gezondheidstoestand van klager voorafgaand aan de uitvoering van de zorgmachtiging.
Verweerder geeft aan dat klager zorgmijdend is, geen ziektebesef heeft en dat er sprake is van ernstig nadeel. Medicatie (specifiek Olanzapine) is nodig om het ernstig nadeel te beperken. Het ernstig nadeel bestaat uit achterdocht, achtervolgingswaan, overlast naar anderen, agressie naar derden en zichzelf en maatschappelijke teloorgang. Verweerder heeft een zeer beperkte samenwerking met klager omdat klager zich regelmatig onttrekt aan zorg.
De verplichte medicatie is besproken met klager, de schriftelijke aanzegging is op 22 februari 2022 uitgereikt.
De commissie kan de inhoudelijke overwegingen van verweerder als passend kwalificeren.
Uit het dossier blijkt dat klager lijdt aan paranoïde psychosen en agressief is naar zichzelf en zijn omgeving. Klager is medicatie ontrouw en wil deze niet. Verweerder heeft gekeken naar alternatieven, is in gesprek gebleven met klager en heeft hem orale medicatie aangeboden.
Het is een juiste behandelmethode om het ernstig nadeel te beperken. Aan alle vormvereisten is volledig voldaan.
De klacht over de diagnose van het ziektebeeld c.q. onjuiste inschatting gezondheidssituatie door verweerder c.q. dat verweerder zich niet op de hoogte heeft gesteld van de gezondheidstoestand van klager voorafgaand aan de uitvoering van de zorgmachtiging, is in de klachtbrief en de aanvullende klachtbrief onvoldoende helder geduid. Ter zitting licht pvp toe dat klager de uitkomsten van het onderzoek bestrijdt. De beperkingen van klager hebben betrekking op Gilles de la Tourette en het autistisch spectrum. Dit staat op de voorgrond en wordt veronachtzaamd aldus klager. Klager betwist dat er sprake zou zijn van psychoses.
Een klacht over de diagnose gerelateerd aan de onjuiste inschatting van de gezondheidssituatie door verweerder is niet-ontvankelijk omdat deze de inhoud van de zorgmachtiging raakt.
Op basis van bovengenoemde gronden acht de klachtencommissie de klachten ongegrond.
Uitspraak
De klachtencommissie verklaart de klacht over medicatie ongegrond.
De klachtencommissie beoordeelt de klacht over de diagnose als niet ontvankelijk.
Beroep
Klager, vertegenwoordiger of de zorgaanbieder kan door middel van een schriftelijk en gemotiveerd verzoekschrift bij de Rechtbank Gelderland beroep instellen tegen onderhavige uitspraak van de klachtencommissie. De termijn voor het indienen van een verzoekschrift bedraagt zes weken na de dag waarop de beslissing van de klachtencommissie aan de betrokkene is meegedeeld.
Aldus besloten te [locatie], 21 maart 2022
namens de Wvggz klachtencommissie,
i/o
[voorzitter]
Voorzitter Wvggz Klachtencommissie
Aantal bladzijden: 4