Wij feliciteren Janna Vrijsen met haar benoeming tot bijzonder hoogleraar aan de Radboud Universiteit per 1 juli.
Janna heeft een indrukwekkende achtergrond als gedragswetenschapper. Ze heeft de afgelopen tien jaar als senior onderzoeker gewerkt vanuit het Expertisecentrum Depressie binnen Pro Persona en werkt ook als universitair hoofddocent bij het Radboudumc. Haar onderzoeksgroep, de FitMind Groep, richt zich op het verbeteren van depressiezorg door middel van het aanleren van gezondere denkstijlen en de inzet van sporttherapie. In een recent interview deelde Janna haar visie en plannen voor haar nieuwe rol.
Kun je iets vertellen over je leeropdracht?
Janna Vrijsen: “Mijn leerstoel heet Transdiagnostic Psychopathology. Het richt zich op hoe we mentale stoornissen beter kunnen begrijpen en behandelen. In plaats van te kijken naar afzonderlijke stoornissen, onderzoeken we hoe verschillende symptomen en denkpatronen die bij meerdere stoornissen voorkomen samenhangen. Dit helpt ons om beter te begrijpen hoe onze cliënten functioneren en hoe we hen het beste kunnen helpen.”
Hoe gaat jouw werk bijdragen aan het onderzoeksveld en de maatschappij?
“Mijn onderzoeksgroep, de FitMind Groep, wil de hersenen beter kunnen laten werken, zodat mensen zich beter gaan voelen. We onderzoeken hoe we de geestelijke gezondheidszorg kunnen verbeteren door mensen gezondere denkstijlen aan te leren en de inzet van interventies op sport en beweging. Door ons onderzoek hopen we nieuwe behandelingen te ontwikkelen maar vooral bestaande behandelingen te verbeteren, bijvoorbeeld door het slim te combineren van behandelingen. Dit kan een grote impact hebben op de manier waarop we mentale gezondheidszorg benaderen en mensen helpen om beter te functioneren in hun dagelijks leven.”
Wat zijn de belangrijkste doelen die je wilt bereiken als bijzonder hoogleraar?
“Ik wil jonge psychologen uitdagen om echt naar de client en diens symptomen en context te kijken. Welke beperkingen zijn er en welke mogelijkheden zijn er bij deze persoon? Daarnaast heb ik een missie om sporttherapie formeel als behandeling in de GGZ neer te zetten. De effecten van sporttherapie zijn ontzettend goed en het is een goedkope en duurzame manier van behandelen.”
Wat zijn de voor jou persoonlijk uitdagingen in deze nieuwe rol?
“Voor mijzelf is één van de grootste uitdagingen is het combineren van mijn verschillende rollen en verantwoordelijkheden. Ik werk op meerdere plekken en vind het belangrijk om overal beschikbaar en zichtbaar te zijn. Daarnaast ben ik relatief jong om hoogleraar te worden, wat betekent dat mensen mij misschien anders gaan zien. Ik hoop echter mijn ontspannen contact met mensen te kunnen behouden.”
Wat motiveerde je om deze positie na te streven?
“Ik had lange tijd niet de ambitie om hoogleraar te worden, maar de afgelopen jaren is dat veranderd. De huidige hoogleraar aan het Expertisecentrum Depressie gaat met pensioen, en dat heeft mijn focus op deze positie veranderd. Daarnaast biedt deze positie mij de mogelijkheid om mijn onderzoek meer impact in de GGZ-praktijk en op het onderwijs te laten hebben. Verder wil ik graag met mijn fijne, open en productieve onderzoeksgroep bijdragen aan het academische klimaat.”
Wil je tot slot nog iets kwijt?
“Ik vind het nodig en goed dat GGZ-instellingen, zoals Pro Persona, investeren in onderzoek. Deze investeringen zorgen ervoor dat beter werkende behandelingen ontwikkeld kunnen worden en dat kennis snel naar de praktijk komt. Ik wil Pro Persona prijzen voor de stevige samenwerking met de universiteit en ook het Radboudumc, en de inzet om te blijven investeren in onderzoek, zelfs in tijden waarin de wetenschap en zorg flink onder druk staat.”